Dag Roger. Hoe gaat het er nog mee? Goed
mogen we hopen.
Voor we met de deur in huis vallen Roger,
eerst even dit. Wij vinden jou de beste coureur aller tijden. Niemand zal ooit
de titel van “Monsieur Paris-Roubaix” mogen dragen. Daar zorgt WD Breduinia wel
voor. Geen coureur met meer bravoure dan jij. Een grote mond zoals een grote
coureur een grote mond moet hebben. Zelfs na je succesvolle carrière - o.a. 3 keer
Milaan-San Remo, 22 ritzeges in de Giro, 6 keer Tirreno-Adriatico en nog zoveel
meer ! - ben je er niet in geslaagd uit beeld te blijven. Eén uitspraak hier of
daar, die meestal aan de ribben kleeft, en je staat weer in het middelpunt van
de belangstelling. De meesten doen er alles aan om in beeld te komen en slagen
er niet in. Bij jou is het net het omgekeerde. En pas op, diegenen die je
ongelijk geven zijn meestal op één hand te tellen.
Maar nu we het er toch over hebben,
Roger, even het volgende. Wanneer ga je nu eindelijk eens die 150.000 betalen
aan Freddy. In 1977 hebben jullie er een aardig potje van gemaakt heb ik van
horen zeggen. Maar we moeten daar niet over zagen, de sportwereld leeft van
dergelijke smeuïge verhalen. Die beelden van de boze visboer Marc Reybrouck, die Freddy
trouwens net voor de Koppenberg die bewuste fiets aanreikte, zijn legendarisch.
Maar dan moet je het spel wel fair spelen, Roger. En alhoewel we er die dag in 1977 niet
bij waren, hebben wij toch de neiging om Freddy te geloven. Die is er namelijk
niet slim genoeg voor om zoiets te verzinnen.
Dus Roger, je bent voor ons al de beste.
Mocht het zo zijn dat we binnenkort vernemen dat je Freddy alsnog zijn bonus
hebt uitbetaald, ik beloof je Roger, dan richten wij voor jou een standbeeld
op. De grootste aller tijden wordt dan nog grootser. Dan pas ben je voor de
eeuwigheid geschapen. Roger, dit voorstel kun je niet weigeren. We verwachten van
jou een telefoontje.
Tot binnenkort dus
Serge